loslatenSinds vandaag is mijn oude website niet meer. Zoals John Cleese zei tegen dierenwinkeleigenaar Michael Palin: “I know a dead parrot when I see one and I’m looking at it right now.”

Detekstschrijver.nl is nu rustende van bijna 8 jaar hard werken. Daarmee ben ik los van mijn oude bedrijfsplan en de activiteiten die ik onder die naam ondernam. De URL heb ik nog wel, dat blijft ook nog wel even zo. Why change a winning team?

Binnenkort verstuur ik mijn eerste nieuwsbrief. Wil je die ontvangen? Meld je daarvoor aan links onderaan de pagina.

 

Lees verder

Al heel lang draag ik geen horloge meer. Te vaak had ik ’s avonds striemen in mijn pols van het bandje dat steeds strakker ging zitten. Of bleek de band geen RVS-metaal te zijn maar zat er nikkel in. Of was het toch niet zo waterproof als de Thaise verkoper in Bangkok beweerde… Wil ik nu weten hoe laat het is, dan kijk ik op mijn iPhone.

Sinds ik horlogeloos ben, lijkt het wel of de tijd sneller gaat. Een werkdag van acht uur vind ik nu kort. Het verrast me iedere keer weer als ik zie in mijn Paymo dat ik er alweer tien uur op heb zitten. Of aan het eind van de week een werkweek van 50 uur heb gemaakt.

Tijd is betrekkelijk, het is een concept tussen je oren. Tussen mijn oren zitten er niet genoeg uren in een dag om alles te doen wat ik wil. Toen ik nog een horloge droeg, moest ik de wijzers weleens dwingen om te verschuiven, zo traag verliep het allemaal. Schiet eens op zeg, ik heb nog meer te doen!

Vanmiddag ga ik naar een workshop Familieverhalen vertellen, via Tekstnet. Dan kijken we terug in de tijd, want ons is gevraagd een foto mee te nemen over wie we willen schrijven. In mijn hoofd ben ik terug in de tijd als ik naar familiefoto’s kijk. Vooral als ik die foto’s zelf heb gemaakt.

Tijd verglijdt, wie schrijft die blijft. De kracht van familieverhalen zit hem in het stilzetten van de tijd, voor ieder lid van de familie. Van sommige tijd wil je niet dat die verglijdt, daarvan wil je dat de situatie, je gevoel, met je meegaat de eeuwigheid in. Lastig mee omgaan, het concept tijd.

 

Lees verder

Op 8 maart a.s. is het weer Internationale Vrouwendag. Onlangs heb ik een workshop gegeven aan vertegenwoordigers van vrijwilligersorganisaties over het inzetten van nieuwe en sociale media. De opzert was dat ik een soort o

penbaar adviesgesprek voerde met de oprichtster van stichting Cleopatra, de Egyptische Abier Mahmoud. Als je zoiets voor het eerst doet, dan is eigenlijk de voorwaarde dat het publiek redelijk op de hoogte is van het onderwerp. Dat was niet helemaal het geval. In het publiek zat rijp en groen door elkaar, waardoor ook het niveau van de vragen zeer uiteenlopend en daardoor lastig te sturen was.

Maar de reden dat ik het hierover heb, is vooral om de tomeloze energie die Abier Mahmoud aan de dag legt, naar voren te brengen. Zij is op vele fronten tegelijk bezig om vrouwen met uiteenlopende culturele achtergronden samen te brengen. Ze organiseert een multiculturele keuken, Multi Cuchina genaamd en in die doelstelling ‘fietst’ mee dat zij iets voor jongeren wil betekenen door allerlei communicatiekanalen te exploiteren. Binnenkort help ik haar om een communicatieplannetje op te zetten.

Natuurlijk organiseert zij ook een evenement voor 8 maart, het Eva-feest in buurthuis De Meeuw, Amsterdam-Noord. En omdat ik haar in haar doelstellingen wil ondersteunen, vind je hier de flyer voor het Eva-feest. Je kunt Abier bellen of gewoon om 19:30 uur je gezicht laten zien in het buurthuis.

 

Lees verder

Nadat ik de recensie van Get Social!, het eerste boek van Jeanet Bathoorn, op mijn website had geplaatst, heb ik het boek uitgeleend aan allerlei mensen voor wie sociale media nog een nieuw fenomeen waren. Het ligt nu bij een vriendin die al een paar jaar zegt ‘er toch eens mee te moeten beginnen’. Zij is vorig jaar gestart met een LinkedIn-profiel, zonder foto of omschrijving van wie ze is of wat ze doet. Voor mij hoeft ze niet te gaan twitteren of facebooken, integendeel. Haar kracht ligt voor mij in het persoonlijke face-to-face-contact dat ik met haar heb. Daar voegt een Google+- of Pinterest-account niets aan toe.

sociale media moeten (op een bepaalde manier)
Vanuit Jeanets invalshoek is het niet gebruiken van LinkedIn zoals het is bedoeld ‘not done’. In haar inleiding gaat ze in op de huidige maatschappelijke veranderingen en de plek die de sociale media daarin hebben gekregen. Ze noemt de verschuivingen in de samenleving, ze licht toe hoe verschillend de generaties omgaan met de geneugten van de online wereld, ze benoemt de veranderingen in de werkomgeving beschreven in Society 3.0. Op zich niks mis mee.

Jammer alleen dat in haar manier van schrijven je haar morele oordeel over mensen die géén sociale media (wensen te) gebruiken voelt doorsijpelen. “Laten we vooral onze tijd niet verspillen aan het voor of tegen sociale media zijn.” En even verder: “We zullen moeten wennen aan die altijd online aanwezigheid.” Ze baseert haar mening op de leeftijd waarop men met sociale media begint en dat de ‘oudjes’ tegensputteren omdat zij ook weten te communiceren zonder online tools. Ze koketteert met haar eigen ‘oud zijn’ door een opsomming te geven van alle apparaten die zij totnogtoe heeft meegemaakt.

te oud om te leren?
Wat ik vooral jammer vind aan het morele oordeel, is dat ze er blijkbaar van uitgaat, dat de oudere generatie (40+) misschien wel te oud is er nog aan te beginnen. Maar je vindt het leuk om zo’n modern apparaat te gebruiken of niet. Niet iedereen vindt werken op een computer of telefoon of iPad fijn. Zij vragen zich af waarom ze ook iedere dag op zo’n apparaat moeten zitten pielen. Of ze hebben het geld er niet voor over.

Moeten ze die sociale media gaan gebruiken alleen om aanwezig te zijn? Dan is het ‘slechts’ vragen om aandacht, een gegeven waarvan die oudere generatie weet dat je dan wordt overgeslagen. Je meldt pas iets in het publieke domein als je iets wezenlijks en belangrijks te melden hebt. Veel van deze mensen hebben wel een account maar gebruiken het nooit. Niet alleen omdat ze het niet begrijpen, maar omdat ze de zin er niet van inzien. Ze vinden het eerder a-sociaal, die media.

Dus als mensen zeggen dat ze ‘zich er nog eens in moeten verdiepen’, is dat eerder de boodschap dat ze de boot al gemist hebben maar daar niet mee zitten. En daar is helemaal niks mis mee, in onze tijd van keuzevrijheid.

sociale media beantwoorden aan een behoefte
Sociale media moet je zien als op individuele wensen af te stemmen communicatiemiddelen waarmee je zowel zakelijk als privé kunt communiceren met mensen met wie je wílt. Je gaat een individueel contact aan met een bepaald doel. Slap ouwehoeren of vakantiefoto’s delen is ook een doel. Je hebt er behoefte aan om met anderen te communiceren of te laten zien wie je bent en wat je doet. Als je daar zin in hebt en je hebt er geen moeite mee dat er allemaal mensen meelezen en zich er tegenaan gaan bemoeien, dan zijn die sociale media ideale instrumenten.

Mensen die die behoefte niet voelen, die hebben ook geen probleem. Ze missen niks. Ze hébben al contact met mensen met wie ze contact willen hebben. Ik ken zelfs hele jonge mensen die geen zin hebben om te twitteren of de hele dag op hun telefoontje te kijken of er al een nieuw bericht is. Ook populaire mensen die geen moeite hebben met de veranderde privacymoraal in onze huidige samenleving. Je hebt dus behoefte ergens aan, je ‘drive’ om in het jargon te blijven, en daarom ontdek je welke sociale media middelen zijn die je daarvoor kunt gebruiken.

ken je doelgroep
Denk je erover om sociale media voor je bedrijf in te zetten, dan denk je over om moderne communicatiemiddelen in te zetten als onderdeel van je complete marketingstrategie. Want het zijn voor het zakelijke verkeer toegevoegde communicatiemiddelen aan de reeks al bestaande. Er zijn nog steeds hele volksstammen die liever een papieren folder lezen of niet eens over een smartphone of computer beschikken. Als je een succesvolle B2C-strategie hebt ingezet, dan moet je nog steeds ook een papieren brochure of advertentie in een krant erin betrekken.

Afhankelijk van je doelgroep, trouwens. Richt je je tot <20, dan zijn alle sociale media handig. Het vergt wel enige kennis van de nieuwste lichting apps. Al gehoord van Snapchat? Path? Neem eens een kijkje op deze site met maar liefst 100 apps. Zo snel gaat het!
En ook de ‘oudjes’ doen lustig mee. Er zijn al veel gepensioneerden die weten hoe ze met een tablet of smartphone moeten omgaan. Dat zijn echt niet allemaal oud-IT’ers die verstand hebben van techniek.

conclusie
Een handige manier om te bepalen welke sociale media voor jouw bedrijf geschikt zijn is door de pagina’s 56 t/m 63 door te nemen. Daarna weet je ook of je het boek wilt gebruiken als ‘handleiding’ voor het inzetten van sociale media voor je bedrijf, of niet. Jeanet Bathoorn geeft veel praktijkvoorbeelden en een enorme berg tips waarop je moet letten, bijvoorbeeld bij het invullen van je profiel.
Heb je al meer ervaring met het gebruiken van sociale media in zakelijk verband, dan kun je beter op zoek naar een boek voor gevorderden. Dat is dit niet.

Lees verder